Er zijn best veel verschillende Duitse schoolsystemenen.
Ieder Bundesland kent zijn eigen opbouw, waardoor de namen soms kunnen verschillen.
Onderwijs op openbare scholen is in Duitsland gratis maar bijzonder onderwijs - Montessori, Rudolf Steiner Jena-plan, katholiek of protestants - krijgt nauwelijks financiële steun van de overheid en is daarom ook niet wijdverbreid.
Daarnaast zijn er nog de sjiekere privéscholen, waarvoor ouders veel geld betalen.
Kindergarten
De Kindergarten, ofwel de Kita, is een vrijwillige dagopvang voor kinderen tot zes jaar.
Het is niet vergelijkbaar met de Nederlandse kleuterschool, want het is ook een soort crèche.
Elk kind heeft het recht op een plaats, maar de opvang is niet verplicht.
Veel kinderen brengen dan ook nog veel tijd thuis door, totdat ze met zes jaar echt naar school moeten.
De Kindergarten is vaak een initiatief van kerken, stichtingen en gemeenten, maar soms ook van bedrijven of verenigingen.
De meeste Duitse leerlingen gaan vanaf hun zesde naar de basisschool, de Grundschule.
Van je zesde tot je tiende ga je naar de Grundschule.
De Grundschule heeft vier klassen. Vervolgens gaan ze naar het voortgezet onderwijs.
De Duitsers tellen dus door vanaf de eerste klas van de Grundschule.
Die duurt vier jaar, dus tot en met groep vier.
Leerlingen zijn dan een jaar of negen, tien oud.
Waar Nederlandse scholieren dan nog twee jaar naar de basisschool gaan, vertrekken Duitse kinderen al naar de Hauptschule, Realschule of het Gymnasium.
Omdat ze doortellen bij de klassen, heet het eerste jaar in het voortgezet onderwijs klas vijf.
De hoogste klas is twaalf (of soms zelfs dertien), het gymnasium.
Er zijn ook Gesamtschulen, met alle drie de schooltypen in één klas. Dat maakt de drempel lager om van niveau te wisselen.
Middelbare school
Na de basisschool gaan de kinderen verder met Hauptschule (vmbo), Realschule (vmbo-t, havo) of het Gymnasium (vwo).
Het Nederlandse categoriale Gymnasium komt overeen met het Altsprachliches Gymnasium hetgeen de uitzondering is.
Op de Gesamtschule of Oberschule zitten alle niveaus bij elkaar in de klas.
Het VMBO is vergelijkbaar met de Duitse Hauptschule.
Scholieren gaan vijf of zes jaar naar deze school − hoelang verschilt per deelstaat − en krijgen na afronding de zogeheten Hauptschulabschluss (ook wel Berufsreife of Berufsbildungsreife)) als diploma.
Het onderwijs op de Hauptschule is vooral praktijkgericht.
De Havo lijkt het meest op de Duitse Realschule.
De Realschule duurt (meestal) zes jaar en zit tussen vmbo-t en havo in.
Het Gymnasium is in Duitsland ook het Gymnasium.
Voor veel Nederlandse scholieren is het een van de eerste Duitse woordjes die ze moeten stampen: das Abitur, vaak afgekort tot Abi.
Het Abitur valt het beste te vergelijken met het Nederlandse VWO-examen.
Duitse scholieren sluiten er hun tijd op het Gymnasium mee af.
Het Duitse Gymnasium is overigens meestal zonder Latijn en Grieks en dus beter te vergelijken met het vwo dan met het Nederlandse Gymnasium.
Wist je dat?
De cijfers in Duitsland het tegenovergestelde zijn van de Nederlandse?
Als je in Duitsland een 1 krijgt is dit erg goed en vergelijkbaar met een Nederlandse 10.
De schultute is typisch Duits begrip is?
Een eerste schooldag zonder Schultüte is in Duitsland ondenkbaar.
Al in de late achttiende eeuw kregen kersverse schoolkinderen een zakje met lekkers cadeau, bedoeld om de overgang naar school te verzoeten.
In deze tijd vullen ouders de puntzak vooral met speelgoed, snoep en nuttige dingen voor school.
Veel kinderen met de Schulbus naar school gaan?
Dit omdat er niet in ieder dorp of plaatsje een school is en ze soms best ver moeten reizen naar school.